6 dec. 2021

Het jaar 2020 is bewogen geweest en de wet heeft zich moeten aanpassen aan de beperkingen tengevolge van de lockdown.

Samenvatting van de genomen maatregelen

Voor mede-eigenaars die niet meer fysiek bijeen konden komen om een vergadering bij te wonen, werd er besloten het uitstel van algemene vergaderingen die niet tussen 1 oktober 2020 en 30 juni 2021 konden worden gehouden tot 2021 toe te staan. Bovendien blijft een van de nieuwe maatregelen van kracht, ook buiten een eventuele lockdown: de maatregel die algemene vergaderingen op afstand mogelijk maakt. Videoconferenties zullen dan ook zeker meer en meer worden gebruikt.

Voor 2021 werd een nieuwe wijziging aangekondigd: de inwerkingtreding op 1 september 2021 van de wet van 4 februari 2020 betreffende de hervorming van het deel van het Burgerlijk Wetboek dat betrekking heeft op het vermogensrecht. Boek III van het Burgerlijk Wetboek bevat alles wat te maken heeft met het eigendomsrecht, mede-eigendom, burenoverlast en het recht op vruchtgebruik. Doel van deze wijziging is de regels te moderniseren die niet meer aangepast zijn aan het huidige tijdperk.

Mede-eigendom komt aan de orde in titel 4 en we merken dienaangaande weinig wijzigingen. Er staat nu duidelijk geschreven dat een mede-eigenaar niet het recht heeft zijn aandeel in de gemeenschappelijke ruimtes alleen te verkopen, los van zijn appartement. Er bestaat ook de mogelijkheid om uit een onverdeeldheid te stappen bij een vrijwillige mede-eigendom voor onbepaalde tijd.

De grootste verandering is in feite de nummering van de artikelen, die van 3.68 naar 3.100 zal gaan. Betekent dit dat de statuten of huishoudelijke reglementen die de oude nummering vermelden, moeten worden gewijzigd? Daar is geen verplichting toe.

Titel 5 kan ook indirect betrekking hebben op mede-eigendommen, aangezien deze gewijd is aan burenhinder, gemeenschappelijke delen en erfdienstbaarheden. De maatregelen die een rechter kan nemen naar aanleiding van buurtoverlast zijn nu opgesomd. Hij kan met name een financiële vergoeding gelasten, wat eerder al eens tot discussies leidde. Bovendien is het nu mogelijk een preventieve actie in te stellen voor buurtoverlast, bijvoorbeeld wanneer een gebouw ernstige risico's veroorzaakt voor een naburig gebouw (vervuiling, veiligheid, enz.). Voor mogelijke buurtproblemen in een mede-eigendom is er nu dus een duidelijker juridisch antwoord.

Wat de mede-eigendom betreft, zij erop gewezen dat muren, heggen, sloten, omheiningen, poorten of andere materiële elementen die zich op de grens van het perceel bevinden, geacht worden aan beide eigenaars toe te behoren, tenzij het tegendeel wordt bewezen.